Lieve lezers,

De vakantiemaanden verlopen anders dan het werkjaar. Het normale werkritme wordt onderbroken om ‘vrije’ tijd te krijgen en zo een blik te werpen op ‘onze gewoontes’. Gewoontes zijn krachtig. We worden er als het ware naartoe getrokken. Ik merk het bijvoorbeeld aan mijn manier van koken: ik verlang ernaar meer vegetarisch koken, maar het lukt maar beetje bij beetje. Zeker als ik benomen ben door andere zaken, is het moeilijk om niet de gemakkelijkheidsoplossing, dus de gewoonte, te kiezen.

Ook aan ons, de mensen die zich inzetten voor La Verna, wordt tijdens de vakantiemaanden de kans geboden om hun gewoonte, hun inzet voor La Verna, even te staken. We stelden de vraag of ‘het open huis’ en ‘de stiltenamiddagen’ zouden doorgaan tijdens de vakantiemaanden. Immers zoveel mensen komen er niet naartoe, dus erg kan dat niet zijn. De vraag ging nog verder: omdat er zo weinig mensen komen naar ‘het open huis’ op donderdagvoormiddag, is het dan nog zinvol om ermee door te gaan, ook na de vakantie?

Het was mooi, de reacties die we kregen van de vrijwilligers die het huis open houden.
Julie Thevelin schreef: ‘Ik ben ontzettend graag in het huis. Het voelt daar goed, het is daar vredig, ik kan daar rustig mijn werk doen en ben klaar om de bezoekers welkom te heten. Het is ook een mogelijk moment om praktische zaken te laten doorgaan. Zo konden de man van de chauffage en de ruiten-wasser op dat moment hun werk doen. Dus wil ik me graag als vrijwilliger blijven inzetten’.
Verder stelde ze de vraag: ‘Hoe zinvol is het om open te blijven voor mensen die niet komen’? En ze schrijft: ‘Het lijkt me mooi om de deur open te zetten, ook al komt er niemand. Het is een onvoorwaardelijk welkom heten, zonder verwachtingen. Energetisch gezien lijkt mij dit een mooie houding, zeker in deze maatschappij waar veel ‘moetens’ aan de gang zijn, en ‘voor wat hoort wat’. Anderzijds kan je het natuurlijk ook aards bekijken, en dat is ook belangrijk om deze kant te bekijken. Dan is de vraag ‘levert het iets op’?

Raphaël Snoeck reageerde: ‘Het idee van Julie rond ‘onvoorwaardelijk welkom heten, zonder verwachtingen’ doet mij denken aan een reiservaring in Sulawesi. Ik had op mijn eentje een oud vergeten pad gevolgd door de jungle en was na een paar dagen totaal uitgeregend – tent kapot – al mijn eten op – zeer moe. Ik was in vier dagen geen levende ziel of hut tegen gekomen. Net toen ik mij afvroeg waar ik die avond zou kunnen schuilen en slapen, kwam ik aan een plek waar een man op een boomstronk zat. Tot mijn grote opluchting bracht de man mij naar een hut die even verder verscholen zat in de jungle, net op tijd want de zon ging onder, en ‘s nachts moet je echt niet op pad gaan in het donker tussen alle dieren van de jungle die wakker worden en op jacht gaan. Hij heette mij welkom in een eenvoudige onbewoonde maar gerieflijke schuilhut, wees mij waar ik kon slapen, gaf mij wat water en gekookte rijst en ging rustig bij me zitten. Hij probeerde te luisteren naar mijn avontuur en dat deed deugd – wij probeerden mekaar te begrijpen ondanks ons taalverschil. Voor het echt donker werd nam hij afscheid, wenste mij verder goede reis en vroeg mij om de volgende morgen – als ik weg zou gaan – de deur van de hut dicht te doen om wilde dieren buiten te houden. Ik vroeg hem waar hij heen ging en hij antwoordde: ‘Ik woon nog wat dieper in de jungle – op een uurtje lopen – maar ik kom ‘s avonds rond zonsondergang naar hier om een eventuele reiziger op te vangen die het oude pad heeft gekozen en vermoeid is, zodat die hier voor een nacht rust, stilte en veiligheid vindt… en een beetje eten. Ik kan dan ook uitleggen hoe en langs welk pad hij de volgende dag verder moet gaan.’
Toen ik hem vroeg hoe vaak hij hier mensen ontving vertelde hij dat het nu al weer weken geleden was. Ik vroeg of het dan wel zin had dat hij hier elke avond kwam. Zijn antwoord was heel duidelijk: ‘Wij hebben een beurtrol met enkele mensen. Mocht er niet elke avond iemand van ons komen, dan had jij nu niet op die manier je veilige slaapplek gevonden, én de rust die je nu ook in je gemoed gevonden hebt doordat je nu voor morgen de juiste weg kent. En… hoe leg ik dat uit: dit gebeuren is voor jou een goede beleving, wel … voor mij is het dat evenzeer… Ook mij brengt het een goed gevoel. De vele keren dat ik hier alleen ben kom ik zelf tot rust en die momenten worden dan nog bekroond door die ene reiziger die zoals jij na een tijd toch opduikt. Ik ben blij dat je hier rust gevonden hebt. Slaapwel! Het ga je goed.’ En weg was hij. Ik heb heerlijk geslapen, heb de volgende dag mijn tocht vlekkeloos afgewerkt met nieuwe energie en zal nooit vergeten hoeveel rust én energie die mens mij gebracht heeft, zonder veel woorden.
Terwijl ik dit schrijf zie ik een parallel met wat ‘open huis’ misschien kan betekenen, voor de keren dat er iemand komt, maar ook als er niemand langs komt. Een oase blijft ook voortdurend water geven zodat de sporadische reiziger weet dat hij er altijd zijn dorst kan lessen, ongeacht wanneer en hoe vaak hij langskomt.

Het vrijwilligersteam en ik wensen je een heerlijke vakantie. En welkom in ons huis!
Dat het lezen van dit tijdschrift je inspiratie mag geven. Jouw reacties zijn in ieder geval van harte welkom!

Kristin Vanschoubroek
Voorzitter vzw La Verna

Reacties op kristin@laverna.be